Strandzoeker Bart Begijn
Bart vertelt:
De aanleiding om te gaan zoeken is een toevallige ontmoeting met strandzoeker Marten Klop op het strand ter hoogte van de Veerse Gatdam eind 2023. Ik vertelde hem dat ik het fossielen zoeken terug had opgepakt. In de jaren 90 heb ik als tiener letterlijk tienduizenden haaientanden gevonden op de stranden van Cadzand en ik wilde het fossielen zoeken terug gaan oppakken. Marten wees me op een stukje aardewerk uit de IJzertijd en vertelde dat er veel scherven uit verschillende tijdperken te vinden waren op de stranden en zeker ook op dat stuk. Diezelfde ochtend vond ik nog mijn eerste stukje IJertijd, en dan ook nog gelijk een exemplaar met vingertoppen erin. Vanaf dat moment was de IJzertijd fascinatie geboren.
De prehistorie kreeg een impuls na een vondst van een benen priem op eerder genoemde strand en mijn eerste afslag op het strand van Westkapelle. Vanaf toen had ik mezelf tot doel gesteld om naast het ‘afval’ (de afslagen) de vuurstenen werktuigen te gaan vinden.
Ik zoek op de stranden van de Banjaard, Veerse Gatdam/Vrouwenpolder, Oranjezon en Westkapelle in Zeeland. Meestal vroeg in de ochtend bij laag water. Ik wissel daarbij af omdat elk van deze stranden hun eigen dynamiek hebben.
Ook ga ik vaak naar de Maasvlakte toe, maar dat is vooral om dierlijke fossielen te vinden van de grote dieren zoals Mammoet, Neushoorn, Wisent en Reuzenhert.
Wat ik meeneem is alles aan scherven en gesteente waarvan ik denk dat het iets kan zijn. Dat varieert van steentijd, Romeinse tijd, Middeleeuwen tot Moderne Tijd en alles daartussen. Dat gaat dan naar de beheerder van het Zeeuws Archeologisch Depot toe en van de mogelijke vuurstenen artefacten maak ik foto’s die ik aan Marcel Niekus van Universiteit Leiden en Hans en Martijn van Erfgoed laat zien voor een eerste determinatie. De ultieme droom voor iedere verzamelaar van vuurstenen werktuigen is een vuistbijl, dat geldt ook voor mij. Maar ook een mooie vuurstenen schrabber of spits staat hoog op het lijstje.
Vuursteen determineren – is het een natuurlijk stuk of een menselijk stuk – is lastig! Ik maak nog maandelijks de spreekwoordelijke fout door een natuurlijke afslag of vorstsplijtstuk voor te leggen aan specialisten. En dan zijn er ook nog de zogenaamde incerto’s; kan zowel natuurlijk als menselijk zijn ontstaan. De echt goede overduidelijke afslagen of werktuigen waar alle kenmerken op zitten (negatieven, slagbult, retouches etc.) herken ik wel maar er zit zoals gezegd een erg groot schemergebied nog tussen. Daarom is mijn advies ook altijd: laat het fysiek zien aan experts. Foto’s kunnen niet alles laten zien.
Kennis opdoen doe ik zelf door naar experts toe te gaan, sites als Oervondstchecker.nl wekelijks te checken om te zien wat anderen vinden en wat de determinatie van experts is en veel erover lezen. Ook ga ik regelmatig naar medezoekers toe om hun collecties te bekijken en daar van te leren. En uiteraard de jaarlijkse Zeeuwse Archeologiedag bezoeken!











